Categorieën
Blogs

Wat is Mensvriendelijke Marketing?

Fellinger introduceert Mensvriendelijke Marketing. Mensvriendelijke Marketing gaat over tevreden en blije klanten en medewerkers. Mensen die met plezier jullie produkten en diensten ervaren en die graag met en voor jullie werken. Bij Mensvriendelijke Marketing staat de Mens (weer) centraal binnen organisaties en binnen marketing. Het gaat over Geven (!) van aandacht, vertrouwen en tijd, begrippen die voor ons mensen steeds schaarser worden.

Meer weten wat Mensvriendelijke kan betekenen voor jullie Klanten en Medewerkers ?
Neem dan contact met mij op via 06-12809422.

Categorieën
In de Media

Fellinger bij RTL Z tijdens de 24 uur van de Reclame

Op 15 november 2012 vindt in Amsterdam de 24 uur van de Reclame plaats. Een van de hoogtepunten zal zijn de presentatie van president (ja zo mag hij zich nog steeds noemen) Bill Clinton.

Zelf zal ik die dag verschijnen in de gezamenlijke TV uitzending van RTL en Adformatie tijdens de 24 uur van de Reclame en wel bij het onderwerp “uitgesteld TV kijken, effectiviteit onder vuur?”. Onder leiding van RTLZ-presentator Roderick Veelo, zal ik met Aad Kuiper (Alfred) discussiëren over de ontwikkelingen en gevolgen van “on demand” kijken, denk aan bijvoorbeeld Uitzending Gemist en RTL XL.

Categorieën
Blogs

Intel durft controle los te laten bij Social Media #Mensvriendelijk

Veel mensen en ook organisaties zijn (on)bewust bezig na te denken over het menselijker maken van hun organisatie en merk. Ik noem dat Mensvriendelijke Marketing. Maar wat is dat nu precies, “Mensvriendelijke Marketing”? Goede voorbeelden inspireren, goed voorbeeld doet goed volgen, is niet voor niks een populair gezegde.

Chipfabrikant Intel wilde haar merk graag een menselijker gezicht geven. Het inzetten van haar eigen medewerkers leek daarvoor een logische stap. En Social Media is bij uitstek geschikt om organisaties dat menselijke gezicht te geven. Maar organisaties vinden dat ook doodeng. De controle loslaten is makkelijker gezegd dan gedaan. Intel vond er wat op. Medewerkers die via Social Media het gezicht naar buiten worden, volgen eerst een speciale training en leggen een examen af. Zo laat Intel de controle los, om deze op een andere manier weer terug te krijgen. Mooi voorbeeld van Intel Mensvriendelijke Marketing.

Categorieën
Blogs

Het jaar van de coöperatie #Mensvriendelijk

Laatst werd ik er op geattendeerd: 2012 is het jaar van de coöperatie. De VN heet 2012 uitgeroepen tot jaar van de coöperatie. Ik heb de definitie op Wikipedia er maar even bijgepakt: De coöperatie is een vorm van zelforganisatie van producenten of verbruikers, gericht op het vergroten van de economische macht en het behalen van schaalvoordeel. 

Wellicht heeft voor sommige marketeers de coöperatie een wat hoog geitenwollensokken-imago. Maar alleen de 4 grootste cooperaties in Nederland zjn al goed voor een omzet van meer dan 50 miljard Euro. We hebben het dan over bekende coöperaties als: Achmea, Rabobank, VGZ en FrieslandCampina. Dus met die geitenwollensokken valt het ook wel mee.

Maar naast het economische aspect, vind ik vooral de kern van de coöperatie zeer interessant. Dat aspect doet namelijk mijn marketinghart sneller kloppen. De kern van de coöperatie staat voor mij namelijk voor 3 zaken: voor samen, voor delen en voor mensen. En laten deze eigenschappen (niet toevallig) ook horen bij de DNA van het internet.  Juist de huidige technologie kan er voor zorgen dat we op grote en kleine schaal laagdrempelig als mensen met elkaar samenwerken en delen.

Niet zo vreemd ook dat veel coöperaties het zo goed doen op internet. Want waarom behoort de Rabobank tot de succesvolste Internetbanken van Europa? Juist, ze hebben als coöperatie een DNA die uitstekend past bij het internet. Ik wil daarmee zeggen dat niet alle coöperaties atomatisch succesvol zijn op internet, maar de cultuur van die organisaties zorgt wel voor een veel grotere kans op online succes, daarvan ben ik overtuigd. Aardig overigens dat het FD recent schreef dat organisaties waar het personeel aandeelhouder is, in deze tijden beduidend beter scoren qua winstgevendheid, maar dat terzijde.

Je kunt dus als personeel aandeelhouder zijn, maar ook als klant. Een prachtig voorbeeld zag ik vorig jaar in New York. REI is een Canadees outdoor merk waarbij de klant aandeelhouder kan worden. Ooit ontstaan in 1938, waarbij 23 vrienden een coöperatie begonnen, omdat ze niet tevreden waren met het aanbod op het gebied van outdoor spullen.  Inmiddels zijn er 4 miljoen klanten aandeelhouder en met het jaarlijks rendement kunnen ze spullen kopen in de winkel. Wanneer je door de winkel loopt zie je ook de maatschappenlijke betrokkenheid van REI. Denk aan bijvoorbeeld jeugdcursussen op het gebied van de natuur maar ook aan programma’s om overgewicht te voorkomen. Ook kun je Steward worden bij REI, waarbij je meedraait als vrijwilliger bij genoemde projecten. En bedenk dat een groot gedeelte van de aandeelhouders en vrijwilligers fanatieke merk ambasadeurs zijn voor REI.

Wat ik ook prachtig vind in de REI winkels zijn de foto’s van personeelsleden waarbij zij hun liefde voor hun sport delen met de klant. Zo weet de klant ook direkt wie de expert is binnen de winkel op een specifiek vlak.

Natuurlijk begrijp ik dat veel merken nooit hun organisatievorm zullen en kunnen veranderen in een coöperatie. Maar klanten aandeelhouder laten worden van een merk, dat is vanuit marketingperspectief zeer interessant.

De coöperatie bevat dezelfde eigenschappen als het internet, een flinke duw in de rug wanneer je succesvol wilt zijn op het internet. En de coöperatie kan ons veel leren hoe je personeel meer betrokken krijgt bij je organisatie. En hoe je van je klanten aandeelhouder en ambassadeur maakt. Om nog maar te zwijgen over zaken als maatschappelijk verantwoord ondernemen, een stroming die vanuit marketingperspectief ook steeds belangrijker wordt. Alleen 2012 het jaar van de coöperatie? Ik denk dat we de komende jaren nog veel meer gaan zien voor wat betreft de coöperatie. Delen, samen en mensen, onthou die drie.

Column Tijdschrift voor Marketing oktober 2012. 

Categorieën
Blogs

Mijn Nike Fuel band #Mensvriendelijk

Elke marketeer is bezig te trachten het gedrag van mensen te beïnvloeden. Eigenlijk proberen we als mensen allemaal dagelijks het gedrag van onze medemens te beïnvloeden, wij mensen zetten de wereld graag naar onze hand. Ik wil deze keer wat delen over een experiment dat ik gestart ben met mezelf als proefpersoon, voor wat betreft mijn eigen beïnvloeding.

Afgelopen Juli kocht ik de Nike Fuel band. Het is een design armband van rubber met van binnen technologie om de hele dag mijn bewegingen te registreren. De armband communiceert met mijn iPad, iPhone of Macbook. Via een dashboard kan ik online en real-time mijn eigen resultaten bekijken en heel gemakkelijk delen via social media met de buitenwereld. Maar meten heeft alleen zin , wanneer je er ook doelstelling aan koppelt. Nike heeft daarvoor een meeteenheid bedacht: “Fuel”. En ik word voortdurend door Nike uitgedaagd mijn doelen bij te stellen. Heb ik een doel bereikt, dan volgen er beloningen, beloningen die ik ook kan delen met de buitenwereld. Vergelijkbaar met het kruisje van de avondvierdaagse, ook dat was een beloning, die ik met de buitenwereld kon delen.

Waarom vind ik Nike Fuel nu zo interessant? Omdat ik merk dat Nike met technologie mijn gedrag beïnvloed op een positieve manier. Nike gebruikt, wat we momenteel noemen Gamefication, een middel om mensen te motiveren. Dit gebeurt al eeuwen (de Grieken deden het al), maar door de mogelijkheden van technologie staat het momenteel in het middelpunt van de belangstelling.

Al een paar keer heb ik mezelf betrapt dat ik de trap neem in plaats van de lift.  In plaats van bestraffen, word ik beloond voor goed gedrag. En de competitie met mezelf en anderen versterkt dat. Nu weet ik ook wel dat ik zelf meer dan gemiddeld competitief. En dat het dus niet voor iedereen zal werken. Maar competitie heeft vele gezichten. WeightWatchers maakt  al jaren gebruik van een competitie tegen jezelf en de roem die je kan verdienen vanuit de groep wanneer je je doelen haalt. En Nike Fuel maakt ook nog eens gebruik van technologische mogelijkheden. Want delen met anderen is niet meer alleen je eigen clubje mede-WeigtWatchers, maar bij Nike ook de groep mensen waarmee je verrichtingen deelt via social media.

En dat laatste is natuurlijk erg interessant voor Nike. Het sportmerk riep een aantal jaren geleden al dat ze minder wilden investeren in traditionele media. En wat is er nu mooier om je fans, dagelijks te laten roepen wat hun Nike Fuel score is via die social media. Ofwel je klanten betalen massaal (zij kopen een Nike fuelband) om reclame te maken voor jou.

Daarnaast vind ik het interessant omdat het we aan de vooravond staan van technologie die ons lichaam monitort. Denk aan hartslag, bloedsuikerspiegel, bloeddruk etc. Net zoals we nu inmiddels gewend zijn, dat onze auto “uitgelezen” wordt bij de garage, zo kan ook ons lichaam worden uitgelezen door een arts. Last van je hart? Even de gegevens van afgelopen maand checken door een arts.
Nu nog met behulp van externe apparaten, maar de stap naar technologie in ons lichaam is een kleine. Een kunstknie vinden we al doodgewoon, een patiënt die een Epilepsie aanval krijgt, daar kan misschien wel voor een aanval al een waarschuwing aan worden afgegeven door een chip in de hersenen.

En wat te denken van een korting die ik krijg van een zorgverzekeraar wanneer ik een Nike Fuelband draag? Ik laat immers blijken dat ik bewust met mijn gezondheid bezig ben. Onze huidige gezondheidszorg is gebaseerd op genezen wat ziek is, een kostbare misschien wel onbetaalbare zaak. Voorkomen is beter en goedkoper, maar daarvoor is beïnvloeding van gedrag nodig en daar komt ook weer marketing bij kijken.

Nike Fuelband beïnvloed mijn bewegingspatroon. Voor mij is de vraag, hoe groot is de groep mensen die je op deze manier kan beïnvloeden en wat zijn de effecten op de langere termijn. Nike zal mij moeten blijven uitdagen, om mee te blijven doen.

Nike maakt ondertussen van het leven een sport. Voor mij is het experiment nu al geslaagd, want het laat me nadenken over de rol van technologie bij het beïnvloeden van mensen.

Column Tijdschrift voor Marketing september 2012.

Categorieën
Blogs

Een weblog als middel om je organisatie een menselijk gezicht te geven #Mensvriendelijk

Weblogs bestaan inmiddels al jaren. Een weblog is een middel om op een persoonlijke manier je mening te delen met de rest van de wereld. Een paar jaar geleden waren er organisaties die het gevoel hadden dat ze “iets met een weblog moesten”. Net zoals veel organisaties dat nu hebben rondom bijvoorbeeld Twitter of Facebook. De aandacht voor weblogs leek af te nemen. Maar de laatste tijd zijn er organisaties die deze keer heel bewust, een weblog zien als een middel om hun menselijke gezicht te laten zien.

Een prachtig voorbeeld hiervan is het weblog van Outdoor merk Patagonia. Mooi ook de kreet die ik zie staan: “Weblog for the employees, friends and customers of the outdoor clothing company Patagonia”. Want medewerkers, vrienden en klanten dat is tegenwoordig niet meer te scheiden. Ik kom erachter wat de mensen bij Patagonia werkelijk belangrijk vindenen veel duidelijker dan vaak een vage missie die ik lees op sommige websites. Patagonia schuwt zelfs niet mensen op te roepen te gaan stemmen voor de komende verkiezingen. Zonder stemadvies, maar wel vanuit een verantwoordelijkheid naar de maatschappij. Natuurlijk is zo’n politiek statement niet geschikt voor elk merk, maar een organisatie die politiek belangrijk vindt, mag dat ook laten zien op een respectvolle manier. Als het bij je past, laat het dan ook zien.

Ja Patagonia laat haar menselijke gezicht zien en dat bevalt me erg goed.

Categorieën
In de Media

Fellinger bij Editie NL over kortingsites


Op 15 mei 2012 was ik (als inmiddels een van de vaste deskundigen ogv internet marketing) te gast bij Editie NL. Ik mocht mijn mening geven over de stijgende populariteit van kortingssites op het internet. RTL 4 staat helaas niet toe dat de video hiervan op een externe website wordt geplaatst. Bekijk daarom de video op de site van Editie.nl zelf.

Categorieën
Blogs

Adverteerders zijn verwende pubers

Jaarlijks organiseert Tijdschrift voor Marketing een congres onder de titel “Digitaal willen we allemaal”. Ook dit jaar vond het plaats op 19 april in Utrecht. Eerlijk gezegd stoort de titel me al een tijdje, ik zal uitleggen waarom aan de hand van een anekdote uit mijn jeugd.

Als je jong bent wil je van alles, zonder dat je je wil bekomeren om de inspanning die daar tegenover staat. Heerlijk, dromen noemen we dat. Iets wat we jammer genoeg vaak bij het ouder worden kwijtraken, geremd door de kennis over de inspanning die we moeten plegen om de droom uit te laten komen. Ik wilde in mijn jeugd ook van alles en mijn wijze grootmoeder riep regelmatig; “Je kunt dat nu wel willen Stephan, maar wanneer je er weinig tijd en moeite in wil steken, dan gaat het gewoon niet lukken”. Zo leerde ik dat “iets willen” in het leven niet genoeg is om het ook te krijgen, je zult er vaak een flinke inspanning voor moeten leveren qua arbeid en tijd.

Terug naar “Digitaal willen we allemaal”. Alfred Levi, mede-organisator en ook collega columnist voor Tijdschrift voor Marketing, vertelde in een “opwarm video” over 5 jaar “Digitaal willen we allemaal”, dat het bij de beginjaren van het congres vooral “Digitaal moeten we allemaal” was. Dat herken ik wel en ik constateer dat de vooruitgang nu dus zit in het feit dat veel organisaties van “moeten” naar “willen” zijn gegaan. Dat is al een hele stap.

Nu is het dus “We willen digitaal’. En ik ben daar zelfs ook medeschuldig aan, al vanaf 1995 probeer ik organsaties te inspireren om digitaal van alles te willen. Ik zou dus blij moeten zijn met deze volgende stap, maar eerlijk gezegd ben ik dat helemaal niet.

Ik moet terugdenken aan mijn grootmoeder. Mijn blijdschap wordt gedempt omdat ik zie dat veel organisaties van moeten zijn gegaan naar willen, maar er relatief weinig inspanning voor willen leveren. Ze zijn verwend geraakt door al die jaren reclame maken en gewend dat je met een zak met geld al aardig ver kon komen om de aandacht te krijgen van de doelgroep. Advereerders en marketingmanagers zijn eigenlijk verwende kinderen die jarenlang hun zin konden krijgen, omdat hun ouders ze genoeg zakgeld gaven om alles te kunnen kopen. Ok, de laatste jaren is het krijgen van die aandacht een stuk moeilijker geworden, maar nog steeds denken adverteerders dat ze met geld alles kunnen kopen in het leven en dus ook binnen het digitale domein. Het blijven verwende pubers, die marketingmanagers.

Maar met een glimlach wil ik marketingmanagers toch uit de droom helpen. Wie succesvol wil zijn, op het gebied van digitale communicatie zal vooral heel hard moeten werken en een enorme inspanning moeten leveren, die veel verder gaat dan een zak met geld waarmee je gaat voor het snelle succes.

Ik ben er van overtuigd dat veel organisaties wel kunnen roepen dat ze van alles willen op digitaal gebied, maar dat een groot gedeelte van hen de komende jaren zal blijven worstelen met hun digitale communicatie. Want het draait niet om een zak met geld, het gaat het om een bepaalde mentaliteit, een mentaliteit van de handen uit de mouwen steken, risico nemen, geduld hebben en niet bang zijn op je bek te gaan.

“Digitaal willen we allemaal” dat is gemakkelijk geroepen en staat mooi in een powerpoint presentatie. Maar tussen willen en kunnen, daar zit een wereld van verschil.

Column Tijdschrift voor Marketing mei 2012.

Categorieën
In de Media

Fellinger bij RTL 4 Editie.nl over Google Plus

Op 23 september 2011 werd ik door het populaire RTL 4 TV programma geïnterviewd over de introductie van Google Plus bij het grote publiek en de ontwikkelingen rondom Social Media. RTL 4 staat helaas niet toe dat de video hiervan op een externe website wordt geplaatst. Bekijk daarom de video op de site van Editie.nl zelf, waarbij ik vanaf 02:41 mijn reactie geef.

Categorieën
In de Media

Fellinger bij RTL 4 Editie.nl over Groupon


Op 15 augustus 2011 gaf ik mijn mening bij Editie.nl van RTL 4 over de opkomst van Groupon en “Groupon Lookalikes”.  RTL staat helaas niet toe dat de video hiervan op een externe website wordt geplaatst. Bekijk daarom de video op de site van Editie.nl zelf, vanaf 01:05 kun je het interview met mij vinden.